EEN INLEIDING in de GERMANISCHE HEILKUNDE®
volgens Dr. med. Ryke Geerd Hamer
Het onderscheid met psycho-oncologie
Opmerking vooraf : Het kost mij moeite te zoeken naar intellectuele meesterbreinen, al was het maar in bepaalde opzichten. Men nam het mij kwalijk dat ik geen auteurs citeerde die ooit iets hadden gezegd over de veronderstelde verbanden tussen kanker en de psyche.
Elke uitvinding en ontdekking is gebaseerd op bekende feiten, zodat zij moet worden gezien in een ontwikkelingsreeks van eerdere wetenschap. Maar de koppeling van deze feiten op een zodanige wijze dat nu alle feiten, die tot nu toe niet konden worden geordend maar slechts verzameld, worden samengevat in een totaaloverzicht dat voor elke zaak kan worden gereproduceerd, is nieuw.
In 1981 was de term "psyche" in geen enkel standaardwerk over tumoren te vinden, zelfs niet in de index. Omdat men vooral op zoek was naar het "carcinogeen" en meende reeds een aantal carcinogenen te hebben gevonden, was de mogelijkheid van het psychogene ontstaan van kanker weer in de vergetelheid geraakt. In sommige gevallen vond men het gewoon bedenkelijk om dergelijke mogelijke oorzaken voor te stellen op congressen en dergelijke; men ontving slechts ironie en hoongelach. Anderzijds genoten biologisch-mechanische theorieën over tumoren, zoals het zogenaamde paraneoplastisch syndroom, grote populariteit, waarmee men dacht in vele gevallen een manifestatie van kanker jaren van tevoren te kunnen opsporen.
In die tijd moest ik mij ertoe verplichten de naam van de kliniek waar ik mijn eerste systematische onderzoeken had verricht en die aan een universiteit was verbonden, niet te noemen, omdat elk resultaat dat ik zou kunnen bereiken van meet af aan als twijfelachtig werd beschouwd.
Eind 1981, na de publicatie van mijn resultaten, verscheen een klein boek: Meerwein/Adler: "Einführung in die Psycho-Onkologie" (Inleiding in de psycho-oncologie). Wat de psychogene oorsprong van kanker betreft, stond in de eerste druk:
"Het idee om kanker te begrijpen als een regressieve poging tot regeneratie op biologisch niveau wanneer de psychologische expressie uitgeput of geblokkeerd is, is eenzijdig en getuigt van een gebrek aan inzicht in de biologische complexiteit van het probleem."
In de tweede editie, staat het als volgt:
"Het idee om kanker te begrijpen als een regressieve poging tot regeneratie op biologisch niveau wanneer psychologische expressie uitgeput of geblokkeerd is, is fascinerend, maar wij geloven dat de huidige kennis in de psycho-oncologie geen alomvattende verklaring mogelijk maakt."
De Germanische Heilkunde (vroeger: NIEUWE GENEESKUNDE, Germaanse Nieuwe Geneeskunde) heeft helemaal niets te maken met psycho-oncologie. (Denk aan de behoefte aan psycho-ophthalmologie, psycho-orthopedie, psycho-gynaecologie, enz. pp.).
De Germanische Heilkunde is een systeem dat gebaseerd is op 5 biologische wetten voor de gehele geneeskunde, in het geheel geen psychologische hypothese theorie voor kanker.
De zogenaamde psycho-oncologie heeft nooit getwijfeld aan de gebruikelijke kankerbehandelingsschema's van de vroegere schoolgeneeskunde. Interessant in dit geval is de studie van Ulrich Abel uit Heidelberg, hoofd van de afdeling oncologische statistiek "Die zytostatische Chemotherapie fortgeschrittener epithelialer Tumoren" (1990). In de samenvatting schrijft hij over zogenaamde epitheliale tumoren, waartoe hij alle tumoren rekent behalve lymfomen, leukemieën, sarcomen en kiemceltumoren:
"Er is geen direct bewijs, behalve voor bronchiaal carcinoom (vooral kleincellig), dat chemotherapie het leven verlengt bij deze patiënten."
In het voorwoord schrijft hij:
"Hoe vernietigend het resultaat van dit werk ook moge zijn, het is het duidelijke resultaat van het streven om de relevante literatuur zo onbevooroordeeld en uitvoerig mogelijk te evalueren... En ook de verwijten die de schoolgeneeskunde, ongetwijfeld in de meeste gevallen terecht maakt aan de "buitenstaanders" van de geneeskunde, namelijk dat zij niet in staat zijn hun claims van succes wetenschappelijk te onderbouwen, vallen terug op zichzelf. Een herbezinning op kankertherapie en kankeronderzoek lijkt dringend nodig, niet alleen om wetenschappelijke redenen, maar vooral in het belang van de patiënten".
Tenslotte zou ik nog kort willen ingaan op een van de eerste vertegenwoordigers van de zogenaamde psycho-oncologie: O.C. Simonton: "Wieder gesund werden", 1978; (Duitse uitgave: O. Carl Simonton, Stephanie Matthews Simonton, James Creighton, "Wieder gesund werden", 1993).
Simonton is radioloog en specialist in bestralingstherapie; hij wil uitdrukkelijk "de conventionele medische behandeling niet vervangen, maar aanvullen".
Hij gaat uit van de wil van de patiënt om te leven, waarvan de hoogte van overlevingskansen recht evenredig zou zijn en wordt afgemeten aan de mate waarin de instructies van de arts worden opgevolgd (gehoorzame patiënt!). Hij gebruikt de techniek van de motiverende psychologie, die de wil om te leven moet versterken, en als techniek van biofeedback, visualisatie, die er zo uitziet:
"Bij de kankerpatiënt betekent dit: Hij moet proberen de kankergroei en de vernietiging ervan door de behandeling te visualiseren, maar vooral de natuurlijke afweer van het lichaam in de strijd tegen kanker".
Visualisatie wordt dus uiteindelijk gezien als een begeleidende therapie bij radiotherapie e.d., al met al moet de patiënt zich een zeer vechtlustige voorstelling maken van de processen in zijn lichaam. (Verbeelding van een gevecht), (cf. p. 13 e.v.).
Dergelijke ideeën zijn helaas typerend en brengen de patiënt steeds verder weg van een begrip van de verbanden van zijn ziekte. Als het conflict niet wordt beëindigd, zullen zelfs de meest oorlogszuchtige visualisaties van een defensieve strijd tegen kwaadaardige kankercellen niet helpen. Positief aan Simonton is in ieder geval dat hij zich überhaupt interesseert voor de psychische problemen van zijn patiënten, die in de laatste uitgaven van zijn boek (sic!) zelfs al 6-18 maanden voor het begin van de kanker worden geschetst! Het is dus ook prijzenswaardig dat hij benadrukt dat alle statistische onderzoeken naar het verschijnsel kanker te lijden hebben onder het feit dat "de psychologen in hun onderzoeken geen fysiologische gegevens hebben en de medici geen psychologische gegevens!"
Vanuit het gezichtspunt van de Germanische Heilkunde heeft Simonton ook de tekortkoming dat hij, net als LeShan, het cerebrale niveau van kanker buiten beschouwing laat en, uiteraard, niet ingaat op andere ziekten in verband met psychologische factoren.
Copyright by Dr. med. Ryke Geerd Hamer
Vertaling: Nederlandse werkgroep