EEN INLEIDING in de GERMANISCHE HEILKUNDE®

volgens Dr. med. Ryke Geerd Hamer

De links- en rechtshandigheid
en de betekenis hiervan in de Germanische Heilkunde

Een zeer belangrijk criterium in de Germanische Heilkunde is de handigheid van de patiënt. Want zonder de bepaling van links- of rechtshandigheid kan men helemaal niet werken in de Germanische Heilkunde. Net zoals men moet weten hoe oud de patiënt is, van welk geslacht hij of zij is, en of er rekening moet worden gehouden met eventuele hormonale bijzonderheden of ingrepen (anticonceptiepil, verwijdering eierstokken/bestraling, chemo, hormooninname, menopauze enz.), moet men ook weten of de patiënt rechts- of linkshandig is.

Iedereen kan dit voor zichzelf uitzoeken:

Als je applaudisseert zoals in het theater, dan is de bovenste hand de leidende, d.w.z. die bepaalt de handigheid. Als de rechterhand bovenop ligt, ben je rechtshandig; omgekeerd, als de linkerhand bovenop ligt, ben je vanuit de hersenen linkshandig.

Deze test is zeer belangrijk om te weten te komen op welke hersenhelft iemand werkt, want er zijn veel omgeschoolde linkshandigen die zichzelf als rechtshandigen beschouwen. Zij herinneren zich echter meestal dat zij bepaalde belangrijke dingen die rechtshandigen alleen met hun rechterhand kunnen doen, alleen met hun linkerhand kunnen doen. Velen hebben het zich bijvoorbeeld aangeleerd met de rechterhand te schrijven en denken daarom dat zij rechtshandig zijn.

Linkshandigheid en rechtshandigheid beginnen in de hersenen, of nauwkeuriger gezegd, vanuit het cerebellum (kleine hersenen)-mesoderm. Vanaf het cerebellum-mesoderm krijgen rechtshandigheid en linkshandigheid betekenis, terwijl zij in de hersenstam vrijwel nog geen rol hebben gespeeld. Dit betekent dat met het begin van de allereerste celdeling de ontwikkeling van het computerdeel “kleine hersenen" reeds begint en daarmee ook de differentiatie in rechtshandigheid en linkshandigheid. Want wij zien de “lateraliteit“ alleen in de organen die door het cerebellum worden bestuurd, waartoe ook gedeeltelijk de brughoek van het cerebellum, de verbinding tussen de hersenstam en het cerebellum, behoort.

Daarom wordt voor alle relais van het cerebellum en de hele kleine hersenen de correlatie gekruist van de hersenen naar het orgaan. Niettemin verschillen cerebellum en cerebrum (grote hersenen) weer van elkaar, hoewel de handigheid voor beide op dezelfde wijze geldt.

In het cerebellum slaan de conflicten strikt volgens de verwantschap van de conflictinhoud ten opzichte van het orgaan toe, d.w.z. de kleine hersenhelften zijn elk conflict-thematisch gebonden.

In het geval van een rechtshandige vrouw treft een moeder/kind-zorgconflict altijd de rechter laterale zijde van de kleine hersenen ten opzichte van de borstklieren van de linkerborst, ook al is er een ander conflict vanwege een ander kind of bijvoorbeeld een bijkomend dochter/moeder-zorgconflict voor haar eigen moeder.

Hier moet echter meteen een onderscheid worden gemaakt; maar alleen voor het geval waarin moeder of vader hun volwassen kind niet meer of slechts ten dele als "kind" ervaren, b.v. wanneer "hun kind" zich duidelijk vijandig tegenover hen opstelt.

Conflictinhoud en orgaanverwijzing zijn ook conflict-thematisch gebonden in het hersenmerg van de grote hersenen. Bij alle motorische verlammingen, net als bij verlammingen van het beendergestel of zintuiglijke verlammingen, hangt het ook af van de links- of rechtshandigheid van de getroffen persoon:

  • Bij een rechtshandige hebben bijvoorbeeld alle spieren aan de rechterkant van het lichaam te maken met partners, en alle spieren aan de linkerkant hebben te maken met kinderen of de eigen moeder.
  • Bij een linkshandige hebben alle spieren aan de linkerkant van het lichaam te maken met partners en die aan de rechterkant met kinderen of de eigen moeder.

In het geval van bilaterale verlamming zijn beide groepen altijd betrokken geweest bij het DHS, althans in gedachten.

De enige uitzondering is wanneer een bepaalde spier toevallig plaatselijk wordt aangetast, bijvoorbeeld omdat iemands voet in de autogordel blijft hangen en daardoor zijn hoofd hard stoot. Maar de normale gestreepte musculatuur van ons skelet en het normale zintuiglijke systeem van onze huid zijn op unieke wijze toegewezen aan de moeder of het kind en anderzijds aan de partners.

In de door de corticale hersenen aangestuurde conflicten van het territoriumgebied is de relatie van het hersenrelais tot het orgaan niet meer eenduidig zoals in het cerebellum. Aangezien de organen in de territoriumgebieden hier echter slechts gedeeltelijk in paren zijn gerangschikt, beslissen de links- en rechtshandigheid en de kortstondige conflictsituatie welk relais in de hersenen nu de HH kan worden en welk orgaan dan wordt aangetast. Van orgaan naar hersenen of van hersenen naar orgaan, de correlatie is altijd duidelijk. Alleen in de correlatie tussen psyche en hersenen of hersenen en psyche is de links- en rechtshandigheid van belang, omdat die ook beslist over de conflict/hersenbaan, dus ook over welke "ziekten" de patiënten überhaupt in welk conflict kunnen lijden.

Het bepaalt bijvoorbeeld ook bij welk conflict we een depressie moeten verwachten, b.v. in het geval van een linkshandige vrouw in het geval van een seksueel (vrouwelijk) conflict. Bij de rechtshandige vrouw daarentegen pas kort voor of na de menopauze, d.w.z. tijdens de zogenaamde "hormonale patstelling".

Bij een zeer zachte rechtshandige man, wanneer hij juist op het punt staat een territoriaal conflict te krijgen, dus ook in de "hormonale patstelling", en bij een linkshandige man, wanneer hij niet meer mannelijk maar al vrouwelijk reageert, dus in een quasi-vrouwelijk seksueel conflict, ook in de hormonale patstelling.

In de Germanische Heilkunde verstaan we onder een "hormonale patstelling" dat de vrouwelijke en mannelijke hormonen bij een patiënt ongeveer in evenwicht zijn, maar dat de vrouwelijke of mannelijke component een zeer lichte overheersing vertoont.

Aangezien de territoriale gebieden te maken hebben met territoriale conflicten,

  • mannelijk = naar buiten gericht,
  • vrouwelijk = naar binnen gericht,

hebben ze ook iets of veel te maken met hormonen.

Zowel de man als de vrouw produceren mannelijke en vrouwelijke hormonen, waarbij het zwangerschapshormoon (progesteron) ook meer als "mannelijk" wordt beschouwd. Als echter de hormoonspiegels of het "summa summarum" van hormonen veranderen, dan kan de biologische identiteit "kantelen" of veranderen, b.v. tijdens de menopauze, hormooninname, zwangerschap en borstvoeding, ook bij ingroeiende eierstok- of teelbalcysten en natuurlijk in het geval van een biologisch conflict dat de aangedane zijde van de hersenen biologisch quasi "afsluit".

Door hormonale veranderingen, verandert altijd de perceptie van het conflict, d.w.z. dezelfde conflictgebeurtenis wordt dan op een heel andere manier verwerkt, en als gevolg daarvan ontstaat een heel andere kanker. Dit geldt ook voor het gebruik van de anticonceptiepil, die eigenlijk alleen wordt ingenomen om zwangerschap te voorkomen, d.w.z. om de oestrogeenproductie van de eierstokken uit te schakelen. Vanaf dat moment reageren alle vrouwen die de pil nemen op een mannelijke manier.

Voorbeeld: Normaal reageert een rechtshandige vrouw corticaal in een seksueel conflict aan de linkerkant van de hersenen, en krijgt daar ook haar Hamerse Haard, in het zogenaamde vrouwelijke territoriale relaisgebied. Maar als dezelfde vrouw de pil neemt, dan reageert zij in het geval van een conflict helemaal niet met een seksueel conflict van "niet gedekt zijn", maar als haar partner wegloopt, reageert zij met een (mannelijk) territoriaal conflict. Dit betekent dat deze vrouw, nadat het conflict is opgelost, of als het lang genoeg duurt, een hartaanval kan krijgen in de genezingsfase (epileptische crisis).

Een ander voorbeeld: een rechtshandige vrouwelijke patiënt die al voorbij de menopauze is, kan bijvoorbeeld op een moeder/kind-zorgconflict gelijktijdig reageren als moeder, met links borstkanker, en gelijktijdig als territoriale baas, mannelijk, met territorium- of territoriumangstconflict. Zij krijgt dan borstkanker en tegelijkertijd een bronchiale zweer (in de schoolgeneeskunde: bronchiaal carcinoom) of een zweer van de kransslagaderen.

In de schoolgeneeskunde echter zou het bronchiale zweertje (dat gewoonlijk pas in de genezingsfase wordt ontdekt - door de atelectase) dan als een metastase van de borstkanker worden beschouwd, hoewel het van een heel ander kiemblad afkomstig is.

Of: Een rechtshandige moeder lijdt aan een moeder/kind zorgconflict met borstkliercarcinoom van de linkerborst. Nu wordt zij b.v. door de schoolgeneeskunde "behandeld" met chemo en hormoonblokkers, en van nu af aan reageert zij mannelijk, d.w.z. de conflictinhoud verschuift zich gevoelsmatig, zodat de patiënte een stilstand van de borstkanker krijgt, maar in plaats daarvan een kransslagaderzweer of een bronchiaal ulcus ontwikkelt, of beide kunnen zelfs actief blijven. Hieruit blijkt hoe zinloos het is om iets te willen "wegbehandelen" zonder het in zijn omvang te hebben begrepen.

De zogenaamde opeenvolging van de conflicten, d.w.z. de volgorde waarin de conflicten zich voordoen, vergt dus de grootste aandacht, want alleen met kennis van de handigheid of de actuele hormonale situatie zijn wij in staat de volgorde en lokalisatie van de Hamerse Haarden in de hersenen en het orgaan correct te classificeren.

Bij linkshandigen is alles blijkbaar nog gecompliceerder. Linkshandigheid verschuift het conflict naar de andere kant van de hersenen in vergelijking met de gebruikelijke rechtshandigheid. Vanaf dat moment verloopt alles echter op precies dezelfde manier als het tegenovergestelde conflict bij een rechtshandige zou verlopen, d.w.z. linkshandigen worden als het ware alleen anders "gepolariseerd" van de psyche naar de hersenen.

Hier volgen enkele voorbeelden voor een beter begrip:

De linkshandige jonge vrouw lijdt aan een zogenaamde bronchiale-Ca in een schrikconflict, de rechtshandige jonge vrouw lijdt aan een zogenaamd strottenhoofd-“Ca” in een schrikconflict - in werkelijkheid natuurlijk in beide gevallen geen Ca, d.w.z. geen carcinoom, maar een zweergebeuren.

De linkshandige jongeman krijgt een larynxzweer in een territoriumangst conflict, de rechtshandige jongeman krijgt een bronchiale zweer in een territoriumangst conflict.

Linkshandige mannen kunnen normaal geen ulcus van de kransslagaders van het linkerhart oplopen als gevolg van een territorium conflict, maar wel een ulcus van de kransslagaders met longembolie in de pcl-fase, behalve: als zij oud zijn en al vrouwelijk reageren, d.w.z. op psychologisch niveau, kunnen zij helemaal geen territorium conflict meer oplopen, maar slechts een "quasi-vrouwelijk-seksueel conflict".

Linkshandige vrouwen kunnen normaliter geen zogenaamde baarmoederhalskanker (= zweervorming) krijgen als gevolg van een seksueel conflict, maar alleen als gevolg van een territorium conflict (na de menopauze). Maar als een seksueel conflict eenmaal het rechter periinsulaire gebied bij een linkshandige vrouw heeft "geraakt", dan kan deze vrouw, met de overeenkomstige duur van het conflict, een zogenaamd hartinfarct van de kransslagaders krijgen, en vanaf het DHS angina pectoris en ook depressie hebben.

Een rechtshandige lijdt tijdens een territorium conflict aan een galwegzweer of een maagzweer en een linkshandige lijdt tijdens hetzelfde conflict aan een rectale zweer.

Een rechtshandige vrouw lijdt bij een identiteitsconflict aan een rectale zweer, terwijl de linkshandige vrouw bij hetzelfde conflict aan een maag- of galwegzweer lijdt. Lijdt zij echter daarna aan een ander identiteitsconflict in een nieuwe materie, dan kan zij niet meer corticaal reageren op de rechter hersenhelft (omdat die hersenhelft geblokkeerd is), maar zij lijdt dan aan dit tweede conflict op de linker hersenhelft, en op organisch niveau aan rectale zweren, die in de genezingsfase aambeien worden als de zweren zich in de buurt van de anus zouden bevinden. Zolang echter beide conflicten (rechts- en linkscorticaal) actief zijn, bevindt de patiënt zich in een zogenaamde schizofrene constellatie, of preciezer gezegd, in een agressief-biomane constellatie.

De zogenaamde agressief-biomane constellatie is de reactie van een mens (ook dier) die in een hoek gedreven is of in een uitzichtloze situatie, die ook enigszins treffend wordt omschreven met de term "lichtgeraakt".

Linkshandige mannen die lijden aan twee territoriale woedeconflicten in een agressief-biomane constellatie gedragen zich in deze constellatie ook als "wandelende explosieven" die op elk moment kunnen ontploffen. Trouwens, alleen linkshandigen kunnen twee keer achter elkaar hetzelfde conflict hebben. Als de getroffene dan op een dag de kans krijgt om beide conflicten op te lossen, wordt hij, als in een sprookje, bevrijd van de betovering en is hij weer helemaal "normaal".

Het neveneffect van de schizofrene constellatie is dat er zich nauwelijks conflictmassa ophoopt. Indien echter slechts één van de twee conflicten kan worden opgelost, dan blijft het andere solo-actief, d.w.z. de klok tikt door - en vanaf dat moment stapelt de conflictmassa zich op.

Linkshandigheid toont ons ook op een heel bijzondere manier dat de biologische conflicten niet in de eerste plaats te maken hebben met Freud en de conventionele psychologie, maar werkelijk biologisch bepaald zijn. Als een linkshandige jonge vrouw de organische symptomen van een mannelijk territoriumconflict (angina pectoris) zou ondervinden van een seksueel conflict en daardoor een depressie zou krijgen op psychologisch gebied, zou dat "zuiver psychologisch" geen zin hebben.

Een linkshandige vrouw verliest tijdens een seksueel conflict nooit haar eierstokfunctie, d.w.z. zij heeft nog steeds haar eisprong en menstruatie, terwijl een rechtshandige vrouw geen eisprong meer heeft.

Linkshandigheid is geenszins een dwaas foefje van de natuur, zoals het tegenwoordig meestal wordt beschouwd, want het staat gelijk met een functionele uitschakeling van de hormonen met betrekking tot conflicten. In dit verband is het ook interessant dat bij eeneiige tweelingen de ene altijd linkshandig is en de andere rechtshandig.

Net zoals ieder mens rechtshandig of linkshandig moet zijn, moet ook ieder dier rechtspantig of linkspotig zijn. Sommige honden geven altijd de linkerpoot, of katten vangen de muis altijd met de rechterpoot.

Elke plant moet ook rechtsbladig of linksbladig zijn. Elk eencellig organisme moet rechts of links zijn. Wanneer een eencellig organisme zich in cellen deelt, is het ene individu altijd rechtshandig en het andere linkshandig.

Daarnaast is er ook nog zoiets als linkspoot- of rechtspoot-, rechtse- of linkse-ogigheid. Aangezien bij mensen, dieren en planten de deling van de eerste cel gebaseerd is op de functie van een cerebellum of een overeenkomstig celnetwerk met cerebellumfunctie, moet elke plant ook mesothelioma-achtig of corium-achtig adenoïd cilinderepitheel hebben - zoals mensen en dieren. Dit is tevens het eerste onweerlegbare bewijs dat de ontogenese van het embryo een recapitulatie is van de ontwikkelings- (of evolutionaire) fylogenese.

In de oude schoolgeneeskunde was er de zogenaamde "differentiële diagnose", d.w.z. men trachtte uit de verschillende symptomen, laboratorium- en röntgenbevindingen het type van de zogenaamde "ziekte" te achterhalen. Hoewel er niets bekend was over de oorsprong van de vermoede "ziekte", werd ten minste aangenomen dat deze symptomatisch beperkt was of door "differentiële diagnose" was vastgesteld.

Dat is heel anders in de Germanische Heilkunde.

Natuurlijk bestaat de oude differentiële diagnose nog steeds om feiten, zelfs symptomatische feiten, als het ware "in de juiste lade" te kunnen indelen, want verschillende Zinvolle Biologische Speciale Programma's (SBS) kunnen tegelijkertijd aanwezig zijn, misschien zelfs gefaseerd, maar de eigenlijke SBS zijn min of meer al vanaf het begin op alle drie niveaus bepaald. Dat komt omdat wij hier werken met slechts 5 biologische natuurwetten en niet, zoals de oude schoolgeneeskunde, met 5000 onbewezen en onbewijsbare hypothesen. En tot deze 5 biologische natuurwetten behoort ook de kennis en het vermogen om te gaan met de regels van de opeenvolging van conflicten.

Een patiënt niet naar zijn rechter- of linkshandigheid te hebben gevraagd, wordt in de Germanische Heilkunde als een grove fout beschouwd, omdat dit van het grootste belang is voor de toewijzing van de conflicten aan de Hamerse Haard en het kankergezwel of de necrose van het orgaan.

Copyright by Dr. med. Ryke Geerd Hamer

Vertaling: Nederlandse werkgroep