Een compilatie van verschillende
ZINVOLLE BIOLOGISCHE SPECIALE PROGRAMMA'S
volgens de bevindingen van de Germanische Heilkunde® van Dr. med. Ryke Geerd Hamer
Strottenhoofd-Ca
Zoals altijd, wanneer niemand meer iets weet, worden er dogma's gemaakt - zo ook in de schoolgeneeskunde. Alles werd verdeeld in "kwaadaardig" en "goedaardig". Vanaf dat moment was de geneeskunde niet langer een wetenschap, maar een geloofsgemeenschap.
Want er is in de biologie of de natuur niet zoiets als goed- of kwaadaardig. Alles heeft daar zijn betekenis en biologisch doel, zelfs de dood, net als de geboorte.
Je moet deze dingen weten om te begrijpen wat een enorme "medische blasfemie" het was toen ik in 1981 publiceerde dat kanker ontstaat - niet in 10 of 20 jaar, zoals men vroeger dacht - maar door een onverwachte psychologische schok die ons mensen of dieren op het verkeerde been zet, als een zogenaamde "biologische conflictshock" (DHS), en ze groeit zolang het biologische conflict duurt, en ze kan ook spontaan weer verdwijnen, als Moeder Natuur maar haar gang mag gaan zodra het conflict weer opgelost is.
De natuur zijn gang laten gaan betekent bijvoorbeeld dat er mycobacteriën (tbc) aanwezig zijn, dat er geen insnijdingen in het periosteum (bothuid) gemaakt worden, dat er geen chemo, geen bestraling, geen morfine gegeven wordt. Dit zijn allemaal niet-biologische ingrepen die de al miljoenen jaren beoefende regelcircuits van Moeder Natuur verstoren en er verantwoordelijk voor zijn dat bij 98% van de patiënten die op deze manier behandeld worden - volgens de officiële statistieken van het Duitse Centrum voor Kankeronderzoek in Heidelberg (Prof. Abel) sterft binnen 7 jaar - 95% zelfs na 5 jaar. In de Germanische Heilkunde daarentegen overleeft 95 % - 98 % van de patiënten die niet met chemo enz. voorbehandeld zijn.
Elk "Zinvol Biologisch Kanker of Kanker Equivalent Speciale Programma" (SBS) ontstaat met een Dirk Hamer Syndroom (DHS), d.w.z. een zeer ernstige, zeer-actueel-dramatische, isolerende biologische conflictervaringschok, gelijktijdig op alle 3 niveaus - in de psyche, in de hersenen en op het orgaan. Alles wat geen kanker is, is kankerequivalent (gelijkend op kanker), d.w.z. dat alle zogenaamde "ziekten" in de geneeskunde bedoeld worden, die überhaupt bestaan, waarbij ons vorige woord "ziekte" telkens slechts één fase voorstelt: een conflict-actieve fase of een conflict-opgeloste genezingsfase.
Psyche, hersenen en organen betekenen het hele organisme. Als we dit hele organisme mentaal in 3 niveaus verdelen, is dat alleen maar omdat we met deze niveaus beter willen kunnen werken vanuit een natuurwetenschappelijk-biologisch oogpunt.
Omdat het DHS synchroon op alle 3 niveaus inslaat, moeten we dit DHS ook op alle 3 niveaus kunnen vinden. Met de DHS ligt alles vast. In dezelfde seconde ligt de psycho-biologische conflictinhoud net zo vast als de overeenkomstige lokalisatie in de hersenen en de lokalisatie van de kanker of het kankerequivalent in het orgaan.
Maar iets anders belangrijks ligt vast - dit zijn de sporen. Alles wat het individu op het moment van het DHS in zich opneemt, visueel, akoestisch, olfactorisch of tactiel, maar ook de verschillende zogenaamde "aspecten" van een conflict, wordt op het moment van het DHS opgenomen en is allemaal min of meer duidelijk te zien in het computertomogram van de hersenen. Al deze verschillende aspecten, die quasi als hun eigen biologische conflicten functioneren, liggen, samen met de verschillende "sporen", op dit moment vast.
We kunnen sommige terugvallen alleen begrijpen als we gewetensvol alle sporen hebben uitgezocht die met het DHS te maken hebben gehad. Dit betekent: De conflictinhoud van het biologische conflict, de lokalisatie in de hersenen en de lokalisatie op het orgaan worden bepaald op het moment van het DHS.
Het biologische conflict heeft zich synchroon, d.w.z. op hetzelfde moment, in dezelfde seconde, op alle drie niveaus voorgedaan en is ook daar waarneembaar, zichtbaar en meetbaar! Daarom kan het DHS niet over het hoofd gezien worden door de patiënt zelf (als hij weet wat een DHS is), noch door de onderzoekende arts.
Althans in het hersen-computertomogram (CCT) kan de verse scherpgerande schietschijf niet over het hoofd gezien worden. En vanaf de seconde van het DHS groeien er nieuwe cellen op het orgaan, of - in het geval van de andere kankersoort - smelten de cellen vanaf het DHS samen tot gaten of zweren, d.w.z. kuipvormige zweren in de huid of het slijmvlies, afhankelijk van tot welk kiemblad of hersendeel het aangetaste orgaan behoort.
In de embryonale ontwikkeling kennen we 3 verschillende kiembladen: endoderm, mesoderm en ectoderm, en bij elk van deze kiembladen hoort een bepaald hersendeel (hersenstam, kleine hersenen, grote hersenen), een bepaalde conflictinhoud, een bepaalde histologie en ook kiemblad-afhankelijke microben (mycobacteriën, bacteriën, virussen - als ze bestaan!).
Aan elk van deze kiembladen kan een bepaald orgaan worden toegewezen, waarbij de organen die door de oude hersenen (hersenstam en kleine hersenen) worden aangestuurd, celvermeerdering veroorzaken in de conflict-actieve fase, en de organen die door de grote hersenen worden aangestuurd, celvermindering of -afname veroorzaken.
Het strottenhoofd ulcus (zweer) behoort tot de organen die door de grote hersenen worden aangestuurd en veroorzaakt daarom celvermindering of -afname. De conflictinhoud is een schrikangst conflict, b.v. in het geval van vrij onverwacht opdoemend gevaar (vrouwelijke reactie), dat letterlijk sprakeloosheid veroorzaakte en waar de DHS precies in het centrum van Broca (motorisch spraakcentrum) insloeg.
Voorbeeld: Een getrouwde man had een vriendin die ook getrouwd was. Toen hij zijn minnares op een dag 's avonds laat thuisbracht, troffen ze de echtgenoot van de vriendin, die achter de scharrelarij van zijn vrouw was gekomen, in de gang aan, hij had zich opgehangen.
In de ca-fase vormen zich zweren in het gebied van het strottenhoofd en/of de stembanden, d.w.z. dat de cellen daar samensmelten, maar ze worden in dit stadium meestal niet opgemerkt. De patiënt heeft geen pijn in het strottenhoofd. De stem kan veranderen, maar dat hoeft niet. Zolang het conflict actief is, breiden de zweren zich uit, d.w.z. een steeds groter gebied wordt aangetast.
Zodra het conflict opgelost is, worden deze necrose en ulcera weer opgevuld of genezen ze tijdens de genezingsfase. Tijdens dit proces zwelt het larynxslijmvlies (strottenhoofdslijmvlies) aanzienlijk op. Nu, op het laatst, verandert de stem, en is er ook jeuk en pijn (ÄH-scheme). Bij kortdurende conflicten kan er alleen een kortdurende irriterende hoest (pruritus) zijn, maar bij ernstige en langdurige conflicten gaat dit altijd gepaard met heesheid. Dan wordt de strottenhoofdzweer (in de schoolgeneeskunde: strottenhoofdkanker) meestal gediagnosticeerd, juist als hij aan het genezen is.
Omdat niemand tot nu toe iets wist, werden de restituties of het opnieuw vullen van de necrose en zweren in de pcl-fase ook kanker genoemd, omdat er ook celvermeerdering (mitose) met grote cellen en grote kernen plaatsvindt - maar alleen met het oog op genezing.
Maar hoe zouden de necrose en zweren "kwaadaardige kankercellen" moeten uitzenden als deze in de celsamensmelting of het celverlies niet te vinden zijn. Bovendien heeft niemand opgemerkt dat necrose of zweren van sommige organen (bv. maagzweren) aanvankelijk "goedaardig" waren, maar dan - als door een wending - plotseling "kwaadaardig" werden ten gevolge van celvermeerdering (pcl-fase).
Overigens zijn de zogenaamde stembandpoliepen alleen maar een overmatige genezingsgroei (keratiniserend plaveiselepitheel) van de stembanden.
Maar er is nog iets dat van cruciaal belang is: de handigheid van de patiënt, want zonder de vaststelling van links- of rechtshandigheid kan men in de Germanische Heilkunde helemaal niet werken. Als men in de handen klapt, zoals in het theater, geeft de hand die bovenop ligt de handigheid aan. Links- of rechtshandigheid begint ook in de hersenen, d.w.z. vanaf het kleine hersenen-mesoderm wordt alles lateraal bepaald. In de hersenstam speelt het vrijwel geen rol. Ieder mens is links- of rechtshandig.
De klaptest is de veiligste methode om de handigheid vast te stellen, en om te bepalen aan welke kant van de hersenen de patiënt in principe werkt.
De rechter kleine hersenen- en grote hersenenhelft (cerebellum en cerebrum) zijn overwegend verantwoordelijk voor de linkerkant van het lichaam, of omgekeerd.
Van orgaan tot hersenen of van hersenen tot orgaan is de correlatie echter altijd eenduidig. Alleen in de correlatie tussen psyche en hersenen of hersenen en psyche is de links- en rechtshandigheid van belang, want die bepaalt ook de conflict/hersenbaan. En dus ook over welke "ziekte" de patiënt überhaupt kan lijden met welk conflict.
Een rechtshandige man lijdt bij een territoriaal angst conflict aan een bronchiale zweer (rechts fronto-pariëtaal). Een linkshandige man, daarentegen, lijdt aan een strottenhoofd zweer (links fronto-pariëtaal) in hetzelfde conflict, omdat de linkshandige man "werkt" aan de tegenovergestelde (vrouwelijke) kant van de hersenen - en dat is waar het relais voor het strottenhoofd is. Vanaf dit moment is bij de linkshandige man de linkerkant van de hersenen geblokkeerd. Dit betekent dat hij pas weer aan de rechterkant van de hersenen kan reageren als het volgende conflict zich voordoet.
Als we dus op de CT van de hersenen van een linkshandige man een Hamerse Haard zien in het strottenhoofdrelais met oedeem, dan weten we heel goed dat de patiënt een territoriaal angstconflict gehad moet hebben, dat opgelost moet zijn, en hij moet ook een larynx (strottenhoofd)zweer hebben die al in de genezingsfase is.
Overigens kunnen linkshandigen ook 2 keer achter elkaar hetzelfde conflict krijgen. In dit geval echter zou de linkshandige van de 2e gelijke conflictgebeurtenis (territoriumangst), ditmaal een bronchiale zweer lijden, en tegelijk in een zog. schizofrene constellatie verkeren.
Dit betekent echter dat hij in dubbele sympathicotonie verkeert, d.w.z. dat hij geen twee conflicten tegelijk kan oplossen. Moeder Natuur heeft hier als het ware een speciaal soort evenwicht van twee actieve conflicten geschapen en daarmee een verstandig doel nagestreefd, namelijk om dit exemplaar tijdelijk uit de running te nemen.
Maar dit is geenszins biologisch zinloos, integendeel, want de patiënt wacht nu, biologisch gezien, op betere omstandigheden waarbij de oplossing misschien automatisch plaatsvindt. Zolang de patiënt in de constellatie is, bouwt hij nauwelijks conflictmassa op. Maar als een van de twee conflicten opgelost is, dan blijft het andere solo-actief, d.w.z. de klok tikt door.
Bij de rechtshandige is het gedeeltelijk andersom. Hij sluit ook zijn rechterkant van de hersenen af tijdens het eerste conflict, maar daardoor kan hij alleen een strottenhoofdzweer krijgen van een schrikangstconflict en zou hij ook in een schizofrene constellatie zijn. Hieruit blijkt hoe belangrijk de bepaling van de handigheid is voor de diagnose in de Germanische Heilkunde.
Maar er is nog iets meer, want we moeten onderscheid maken tussen de motorische en de sensorische bronchiale relais of strottenhoofd relais. Dit komt omdat in bijzondere constellaties bijvoorbeeld een astma-aanval kan optreden: Bronchiale of strottenhoofd astma.
Of in het geval van twee conflicten van de sensorische relais, d.w.z. betreffende een actief strottenhoofd- en een actief bronchiaal relais, verkeert de patiënt onmiddellijk in een zog. zwevende constellatie, d.w.z. hij droomt elke nacht dat hij over de daken zweeft of over de bergen zeilt, of in de kamer onder het plafond zweeft.
Maar er zijn ook andere schizofrene combinaties:
Als er een actieve Hamerse Haard is in het laryngeale relais en een andere Hamerse Haard in het maagrelais, bevindt de patiënt zich in een autistische constellatie, d.w.z. hij is in consternatie.
In de regel krijgen alleen mannen, mannelijke vrouwen na de menopauze of vrouwen met verschillende hormonale veranderingen, zoals anticonceptiepillen, eierstofverwijdering/eierstokbestraling, chemo, enz. een territoriaal angstconflict.
Verder kunnen linkshandige vrouwen ook een bronchiale zweer krijgen, samen met een depressie, namelijk in het geval van een schrikangstconflict.
Rechtshandige vrouwen (zonder hormonale veranderingen) krijgen echter een strottenhoofd zweer door een schrikangstconflict.
De effecten van een cytostatische behandeling (chemo-therapie) in zo'n geval blijken echter uit het feit dat de vrouw ten minste tijdelijk gecastreerd wordt door het blokkeren van de eierstokken. Door castratie, ook al is het maar tijdelijk, wordt de vrouwelijke reactie van de patiënt een mannelijke reactie. Dit betekent dat als er in deze fase nog conflictactiviteit is, zo'n nog actief conflict onmiddellijk van reactievorm verandert en organisch een bronchiale zweer wordt.
Omgekeerd, als je cytostatica geeft aan een man die een bronchiale zweer heeft met een Hamerse Haard op het rechter fronto-pariëtale, is hij ook meteen gecastreerd, althans tijdelijk. Hij zal nu op een vrouwelijke manier reageren, d.w.z. de HH springt dan contralateraal naar de andere hersenhelft, en de patiënt wordt onmiddellijk ziek met een strottenhoofdzweer, waarvan de Hamerse Haard op dezelfde plaats aan de "vrouwelijke kant" ligt als het mannelijke voor de bronchiale zweer.
De schoolgeneeskunde gaat er altijd van uit dat de kanker moet beginnen bij een wild geworden cel, die via het arteriële bloed naar andere organen zwemt en daar een nieuwe kanker produceert, zogenaamde metastasen.
In de Germanische Heilkunde echter verstaat men onder "metastasen" tweede of derde kankers die een patiënt opgelopen heeft, bijvoorbeeld wanneer de diagnose (iatrogeen) door de paniek geopend werd, en daarbij een nieuw DHS met een nieuw biologisch conflict kreeg.
Elke zogenaamde ziekte die een conflictoplossing heeft, heeft ook een conflict-actieve fase en een genezingsfase. En elke genezingsfase - tenzij ze onderbroken wordt door een conflict-actieve terugval - heeft ook een epileptische of epileptoïde crisis (EK), d.w.z. een omslagpunt in de genezingsfase, op het diepste punt van vagotonie. De epileptoïde crisis confronteert ons vaak met nog grotere klinische opgaven: b.v. lysis bij longontsteking of coronaire hartaanval na een territoriaal conflict. De epi-crisis is het moment van de waarheid!
Vóór 1981 (de ontdekking van de ijzeren regel van kanker) waren er veel theorieën over het ontstaan van kanker, maar niemand dacht dat kanker kon ontstaan uit een dramatische, zeer acute isolatieve conflictschok. Deze mogelijkheid was enkele honderden jaren geleden en in de oudheid al overwogen, maar is sindsdien in de vergetelheid geraakt en afgedaan als "onwetenschappelijk".
In de Germanische Heilkunde zijn de zogenaamde kankers slechts bijzondere fasen, soms van een conflict-actieve carcinogene fase (ca-fase), soms van een conflict-opgeloste genezingsfase (pcl-fase). Ze zijn niet langer kwaadaardig, maar kunnen met behulp van de geschiedenis van de menselijke ontwikkeling begrepen worden als zinvolle speciale biologische programma's (SBS) van de natuur.
Copyright by Dr. med. Ryke Geerd Hamer
Vertaling: Nederlandse werkgroep