Een compilatie van verschillende
ZINVOLLE BIOLOGISCHE SPECIALE PROGRAMMA'S
volgens de bevindingen van de Germanische Heilkunde® van Dr. med. Ryke Geerd Hamer
Mesothelioom – Pleura – Peritoneum – Pericard
De ijzeren regel van kanker stelt dat elke zogenaamde ziekte, d.w.z. deel van een speciaal programma van de natuur, in gang wordt gezet door een zeer specifieke, biologische conflictshock - DHS genoemd - die in dezelfde seconde in het computertomogram van de hersenen een detecteerbare Hamerse Haard veroorzaakt in het hersenrelais dat verantwoordelijk is voor het orgaan, en overeenkomstige veranderingen in het orgaan veroorzaakt: tumoren, motorische of sensorische verlamming, functionele veranderingen, enz. De derde biologische wet van de natuur stelt dat alle kanker en met kanker gelijk te stellen ziekten worden ingedeeld naar kiemblad.
Het ontogenetische systeem van tumoren (3e biologische natuurwet) deelt nu alle kanker en met kanker gelijk te stellen ziekten in naar verwantschap met de kiembladen, d.w.z. naar de drie kiembladen, endoderm, mesoderm en ectoderm, die zich al in de eerste weken van de embryonale ontwikkeling vormen. Om evolutionaire ontwikkelingsredenen heeft elk van deze kiembladen een specifiek hersendeel, een specifieke soort conflictinhoud en een specifieke histologische celvorming, en elk speciaal biologisch programma heeft ook een specifiek biologisch doel.
Het ontogentisch geconditioneerde systeem van microben (4e Biologische Natuurwet) wijst nu op zijn beurt ook de microben toe aan de drie kiembladen, want bij elk van deze kiembladen horen ook heel specifieke, met de kiembladen verwante microben. De enige uitzondering is het "grensgebied" van de mesodermale, door de kleine hersenen aangestuurde organen, die zowel (overwegend) door de mycosen en de mycobacteriën worden "bewerkt" als (minder vaak) door de bacteriën die normaliter verantwoordelijk zijn voor de organen van het middelste kiemblad (mesoderm) die door het hersenmerg van de grote hersenen worden aangestuurd.
Het tijdstip van waaruit de microben mogen "werken" hangt niet af van externe factoren, zoals we tot nu toe allemaal ten onrechte hadden aangenomen, maar wordt uitsluitend bepaald door ons computerbrein.
De microben werken dus niet tegen ons, maar voor ons, als onze trouwe helpers door tientallen miljoenen jaren van onze evolutionaire geschiedenis. Het zijn de chirurgen van Moeder Natuur, de optimaliseerders van de genezingsfase.
Mesotheliomen behoren tot het middelste kiemblad (mesoderm). We moeten de organen die tot dit middelste kiemblad behoren - let wel, alles is nauwkeurig gedocumenteerd in de ontwikkelingsgeschiedenis - in twee grote groepen verdelen:
- Een groep behoort tot de oude hersenen, dat zijn de organen die door de kleine hersenen relais aangestuurd worden, zoals de coriumhuid (lederhuid), hartzakje, pleura en peritoneum, en
- de groep organen die door het hersenmerg van de grote hersenen aangestuurd worden.
Uit het ontogenetische systeem van tumoren en kankerequivalenten weten we dat alle organen die door de oude hersenen aangestuurd worden celvermeerdering veroorzaken in de conflict-actieve fase, terwijl alle organen die door de grote hersenen aangestuurd worden celversmelting of celfusie veroorzaken, d.w.z. necrosen, zweren, gaten en dergelijke in de conflict-actieve fase.
De "binnenste huid" van het lichaam hoort ook bij de kleine hersenen, b.v. in de buikholte het buikvlies, in de borstholte het borstvlies, in de mediastinale holte het hartzakje. We maken hier onderscheid tussen het pariëtale en het viscerale peritoneum, evenzo met het borstvlies en het pericardium. Hun kankers worden daarom mesotheliomen genoemd. Deze kleine hersenenen huid is ook verantwoordelijk voor de oedemen, in dit geval voor de zogenaamde effusies in de genezingsfase: peritoneale effusie of ascites, pleurale effusie en de zo gevreesde pericardiale effusie met pericard (hartzakje) tamponade! In principe iets heel goeds, maar niettemin gevreesd als een complicatie van de genezingsfase - deze effusies komen echter alleen voor bij een syndroom, anders noemen we ze pleuritis, peritonitis, pericarditis.
Het is echter belangrijk te weten dat al deze kleine herstenen aangestuurde tumoren vloeistof kunnen vormen in de pcl-fase, zowel tijdens tuberculose-afbraak als zonder tuberculose, d.w.z. bijgevolg zonder afbraak van de tumoren. De ascites, bijvoorbeeld, heeft als doel dat de darm kan ‘zwemmen’ en in de genezingsfase niet kan vergroeien.
Deze mesodermale oude hersenen aangestuurde organen brengen allemaal een integriteitsconflict met zich mee:
Een aanval tegen
- de borstholte = pleura mesothelioom,
- de buikholte = peritoneum mesothelioom, tegen
- het hart = pericard mesothelioom, en tegen
- de buitenste huid, een zogenaamd misvormings- of bezoedelingsconflict = melanoom van de coriumhuid (lederhuid).
Hun gezwellen groeien soms in een knobbelige vorm, b.v. in het buikvlies, als een patiënt op een bepaalde plaats een schop tegen de buik heeft gekregen en zo een aanval tegen de buik als biologisch conflict heeft ondergaan; b.v. een leraar schopt zijn leerling in de buik. Dus een aanvalsconflict op de integriteit van de binnenkant van het lichaam. Anderzijds kunnen tumoren ook groeien in de vorm van een huiduitslag wanneer een patiënt een aanval in het algemeen heeft ervaren.
Voorbeeld: Een radioloog toonde de patiënte op de röntgenfoto een tumor aan de rechterkant en zei tegen haar: "We moeten dat opereren". De patiënte leed op dat moment een DHS, een aanval tegen de thorax, en later, in de genezingsfase, een pleurale effusie aan de rechterkant, wat niemand zich kon voorstellen omdat ze haar "tumor" toch aan de linkerkant had. Maar wij dokters bekijken röntgenfoto's op zo'n manier dat we ons de patiënt tegenover ons voorstellen. Voor de patiënt, die dit niet wist, was op dit moment van de DHS de rechter helft van de thorax aangedaan. Het organisme probeert zich nu tegen de aanval te beschermen door binnen in het borstvlies een versterking op te bouwen, een pleura mesothelioom, en dat is ook het biologische doel.
Evenzo kan de boodschap "borstkanker" of de aankondiging van een borstoperatie, longkanker en dergelijke opgevat worden als een aanval tegen de borstkas. Of de diagnose: "Je ECG is niet in orde, er is iets mis met je hart". In dit geval lijdt de patiënt aan een DHS met mentale aanval tegen het hart. Op dat moment stelt hij zich bijvoorbeeld een hartoperatie met bypass voor. Ook hier ontwikkelt het organisme een pericard mesothelioom als bescherming tegen de aanval.
Niet zelden geraken deze patiënten door deze diagnose “hartfalen” opnieuw in een aanval op het hart paniek en kunnen ze meestal niet uit deze vicieuze cirkel komen.
Een vicieuze cirkel is altijd een gevaarlijk iets dat elk moment kan escaleren en tot de dood van de patiënt kan leiden.
Op dezelfde manier ontstaat bij de aankondiging van een operatie, die nodig lijkt vanwege de darm of een of ander proces in de buik, bij verreweg de meeste patiënten een peritoneum mesothelioom, d.w.z. een kanker van het buikvlies, een mentale aanval op de buik, die opengesneden moet worden. Als de patiënt dan na de darmoperatie denkt dat hij nu vrij is van zijn kwaad, en als teken van de oplossing van zijn buikaanvalconflict nu ascites krijgt als teken van genezing, dan komt hij in de schoolgeneeskunde van de regen in de drup terecht. De diagnose "buikvlieskanker" (in de schoolgeneeskunde nu: "metastase") is zeker de aanleiding tot het volgende conflict, dat de chirurg en de oncoloog momenteel als het begin van het einde zien, omdat geen van beiden op de hoogte is van de biologische verbanden.
Maar de genezingsfase, bv. ascites, kan ook een vicieuze cirkel veroorzaken en aansluiten bij het eerste conflict (dat er iets geopereerd moet worden). Dan kan de ascites zelf het beginpunt worden van een vicieuze cirkel. Telkens als de patiënt in de genezingsfase komt, d.w.z. ascites heeft, raakt hij in paniek en de paniek zorgt ervoor dat de ascites wegtrekt. Maar als de paniek verlicht is, komt de ascites weer terug als teken van hernieuwde genezing, en zo gaat het heen en weer, en is er gevaar voor escalatie.
Het doorprikken van de ascites, bijvoorbeeld, is ook zo'n vicieuze cirkel. Als de dokter aankondigt dat hij de ascites moet doorprikken, ervaart de patiënt deze doorprik als een hernieuwde aanval tegen de buik, wat het letterlijk is. Hij lijdt aan een recidief, dat niet zichtbaar is omdat er toch een paar liter uit de ascites verwijderd wordt, maar als dit niet gedaan was, zou men nu zien dat de ascites minder is en de buik kleiner. Echter, niet door genezing, maar door een nieuw conflict dat weer opduikt. Als de patiënt daarna weer tot rust komt, is ook dit recidief opgelost en als gevolg van de oplossing neemt de ascites nu enorm toe.
Dit vreselijke spel kan maanden doorgaan tot de patiënt op een bepaald moment in deze vicieuze cirkel sterft, b.v. doordat hij een heel laag serum eiwitgehalte krijgt omdat hij telkens eerst dit ascitesvocht uit het bloedserum vervangt, zodat hij door de ascites prikken vrijwel verhongert.
In de Germanische Heilkunde zou men een patiënt natuurlijk heel zorgvuldig klinisch, psychologisch en cerebraal onderzoeken. Men zou met veel minder moeite dezelfde diagnose stellen, maar de patiënt die heel voorzichtig aanleren en hem tegelijk uitleggen dat het "geen halszaak" is. Men zou hem voorbereiden op het feit dat ascites zal komen zodra hij zijn aanvalsconflict tegen de buik heeft opgelost. De patiënt kan zich op zijn ascites voorbereiden alsof het een grote taak is die hij onder ogen moet zien. Hij zou er niet van in paniek raken, integendeel, hij zou de ascites verwelkomen als een goed teken, evenals, als hij toevallig TB bacteriën heeft, het obligate nachtzweten en de lichtverhoogde temperatuur, en hij zou rustig de genezing afwachten. Als de patiënt geen syndroom heeft, merkt hij de ascites vrijwel niet op.
Als een patiënt met behulp van de Germanische Heilkunde kan begrijpen wat en waarom er iets in zijn lichaam gebeurt, hoeft hij niet langer in paniek te raken bij deze beangstigende reeks hypothesen over onbegrijpelijke, zinloze of niet te stoppen processen, en zal hij dus in de meeste gevallen geen tweede kanker krijgen en deze bijzondere programma's van de natuur overleven. Al deze processen en gevaren, die op zichzelf heel logisch zijn, vereisen medici met gezond verstand, tact en empathie en een grote mate van klinische kennis.
In het systeem van de Germanische Heilkunde hebben zowel de arts als de patiënt een geheel nieuwe rol. De patiënt is niet langer de passieve, die de verantwoordelijkheid voor de processen van zijn organisme onvolwassen overdraagt aan artsen die deze verantwoordelijkheid helemaal niet kunnen dragen, maar veeleer de hoofdregisseur op het toneel van het ziekte- en genezingsproces.
De denkwijze van de Germanische Heilkunde staat lijnrecht tegenover de schoolgeneeskunde.
Het fascinerende is dat we nu voor het eerst de oorzaak van een ziekteproces kunnen leren begrijpen, het op alle niveaus (psyche - hersenen - orgaan) tegelijk kunnen doorgronden en daarbij tot onze verbazing ontdekken dat Moeder Natuur een prachtig, adembenemend systeem heeft ontwikkeld dat elke soort voor zichzelf en de verscheidenheid van soorten naast en met elkaar in stand heeft gehouden... tot de superslimme mens kwam die dacht dat hij de kroon op de schepping was.
Copyright by Dr. med. Ryke Geerd Hamer
Vertaling: Nederlandse werkgroep